Prinses Clementine

De komst van de Jetfoil in 1981 was een beslissing van de Rmt om een snellere service vanuit Oostende aan te bieden. De Princesse Clementine is gebouwd in 1980 door Boeing Marine Systems te Seattle. Het vaartuig is vanuit de USA per cargoschip naar Zeebrugge vervoerd en is op 7 mei vanuit Zeebrugge naar Oostende gekomen.

Deze draagvleugelboot kon een snelheid van 42 knopen halen en dus de overtocht maken in 1 uur en 40 minuten. De Princesse Clementine kwam in dienst op 31 mei 1981. Met een capaciteit van 316 reizigers kon daarmee antwoord gegeven aan de treinreizigers, voetgangers en zakelijk trafiek  die snel de overkant wilden bereiken.

Kort na het in dienst nemen van de Princesse Clementine had ze op 14 augustus een ongeval voor met een Zweeds Cargo Schip de “Buenos Aires”. De kapitein kon in de dikke mist met een snel maneuver het schip nog ontwijken maar raakte toch het schip. De impact was hevig en nogal wat passagiers liepen de schrik van hun leven op. Gelukkig waren er geen gekwetsten.
Het zusterschip de Prinses Stephanie nam de reizigers over en bracht deze naar Oostende. Ondertussen hadden wij (ik was van dienst bij de kaaiofficier) diverse medische hulp en bijstand gevraagd om zo waar nodig de reizigers te kunnen helpen bij aankomst. Door de snelle reactie van de kapitein was mogelijk een ernstige ramp vermeden.
De Princesse Clementine werd naar Oostende gesleept per sleepboot en hersteld. Op 11 september kwam deze terug in dienst.


In januari 1986 werd de Princesse Clementine nog in de kleur van Townsend Thoresen geschilderd om op het einde van het jaar erop in P&O kleuren te worden gezet. In 1994 ging het dan met het laatste Rmt Logo – “Oostende-Dover” naar Ramsgate. Ik heb me destijds laten vertellen dat het nieuwe logo eigenlijk is gebaseerd op de vouw van een blad papier in een bootje. Wat we als kinderen veel deden.


Na sluiting van de Rmt werd de Princesse Clementine op de kaai gezet. Op 11 juni 1998 werd ze dan verkocht aan Adler Blizzard & C° KG Hamburg en kreeg de nieuw naam “Adler Blizzard”. Op 27 september is ze dan per boot vertrokken naar Rostock.

In 1999 werd deze dan door Channel Hoppers GB gecharterd en de naam “ Alderney Blizzard “ gegeven. Hier deed ze dienst op de verbindingen Southampton – Guernsey – Jersey – St Malo.

In mei 1999 kreeg ze nog de naam Adler Blizzard maar later verkocht aan Sea Jet Inc. Bahamas en op 12 juni werd ze verscheept. Even later de nieuwe naam “Seajet Kara”.
Kapitein Tony bezorgde ons foto's van de periode 1999 – 2000 wanneer de ex Princesse Clementine operationeel was als Seajet Kara tussen West palm Beach (Florida USA) en Freeport (Grand Bahamas).
Tony was volgens mij vanaf de eerste dag voor de Rmt de peetvader van deze sierlijkje vaartuigen.


Proefvaart in West Palm Beach.


Vertrek vanuit West Palm Beach.


Landing in West Palm Beach.

In oktober 2001 werd de jetfoil opnieuw verkocht aan Tokai Kisen C° Tokyo Japan en de naam “Seven Island Niji” gegeven. Tot op heden vaart deze jetfoil nog altijd.


The arrival of the Jetfoil in 1981 was a Rmt  decision to organise and offer a  faster service from Ostend. The Princesse Clementine was built by Boeing Marine Systems in Seattle. The vessel was transported from USA to Zeebrugge Belgium by cargo ship and arrived on the 7th May 1981.

This vessel could reach a speed of 42 knots and made the crossing in 1 hour and 40 minutes. The Princesse Clementine started service on the 31st May 1981. With a capacity of 316 passengers an answer was given to train-, foot passengers and business traffic which wanted to get across faster.

Shortly after the Princesse Clementine started service she had a collision with a Swedish Cargo vessel “Buenos Aires”. In the fog the captain could manoeuvre very fast and avoid a collision. But the jetfoil scraped alongside the cargo vessel. It was a heavy impact and some passengers were in shock. Some had light injuries.  The sister ship Prinses Stephanie took the passengers and brought them to Ostend. In the mean time we (I was on duty with the berthingmaster at Ostend) had called as much as possible medical help to be present on the arrival of the Prinses Stephanie. Due to the fast reaction of the captain a real disaster was avoided. The Princesse Clementine was tugged to Ostend and repaired. She was back in service on the 11th September.

The Princesse Clementine was painted in the Townsend Thoresen colours in January 1986 and by the end of the year repainted in the P&O colours to continue the next year with P&O. Later in 1994 all agreements ended and the activity went on under the Rmt logo “Oostende-Dover” and to the port of Ramsgate. Is was told by the designer the logo was based on a paper folded vessel just like me made as kids.

   
After closing the Rmt the Princesse Clementine was hoisted on the quay. On the 11th June she was sold to Adler Blizzard & C° KG Hamburg and given the new name   “Adler Blizzard”.  On the 27th September she left by boat to Rostock.

In 1999 the Princesse Clementine was chartered by Channel Hoppers GB and got the new name “ Alderney Blizzard “ . She was performing services between Southampton – Guernsey – Jersey – St Malo.  

In May 1999 she got the name “Adler Blizzard” again and was sold to Sea Jet Inc. Bahamas and shipped to the USA. Later given the name “ Seajet Kara”.

Captain Tony has sent us some photo's from the period 1999 - 2000 the ex Princesse Clementine was operational as the Seajet Kara between West Palm Beach (Florida USA) and Freeport (Grand Bahamas).
Tony was to me as from the first day with Rmt the godfather from this lovely vessels.


Seajet Kara - ex Princesse Clementine.


Leaving West Palm Beach for Freeport

In October 2001 the Princesse Clementine was sold to Tokai Kisen C° Tokyo Japan and renamed “Seven Islands Niji”. Until now she is still operating.